woensdag 4 maart 2020

‘Koningin van Batavia’

'De mannen van Maria' van Anneloes Timmerije is een historische roman gebaseerd op het leven van Maria van Aelst (1607-1674). Het speelt zich vooral af in Batavia in de begintijd van de VOC, maar Maria loopt ook af en toe rond in Hollandse steden en verblijft verschillende keren op  VOC-schepen. De schrijfster beschrijft het leven van Maria, een ambitieuze vrouw, in de vorm van een autobiografische vertelling. De stem, ik heb geluisterd naar de tekst, van Marjolein Algera past daar prima bij. 
Een goede beschrijving geeft Judith Eiselin in NRC

Maria van Aelst heeft echt bestaan, al is er niet veel meer van haar bekend dan dat ze de echtgenote was van Antonio van Diemen, gouverneur-generaal van 1636 tot 1645, en dat hun huwelijk kinderloos bleef. Hij was haar derde man, de eerdere twee stierven al gauw. Timmerije heeft Maria voor het overgrote deel zelf ingevuld, en slaagt erin haar een veelzijdig karakter te geven, met een interessante kijk op de wereld. Omdat Maria met steeds machtiger mannen trouwt, komt haar veel ter ore, bijvoorbeeld over wat de Heren Zeventien, het bestuur van de VOC, zoal beslissen. De feiten in het verhaal kloppen.
Oost-Indisch marktstalletje, Albert Eckhout (toegeschreven aan), 1640 - 1666
Het is aangenaam en verrassend, nu eens te lezen hoe het een slimme, eigengereide vrouw van stand verging in die tijd. Maria verveelt zich weliswaar min of meer haar leven lang noodgedwongen te pletter, toch blijft de roman boeien. Binnen haar grenzen doet Maria wat ze kan, en nog wat meer. Zo handelt ze, hoogst ongebruikelijk voor een vrouw in die dagen, middels tussenpersonen in diamanten. Die zijn dan wel niet zoveel waard als ‘muskaatnoten’, toch zorgt ze er eigenhandig voor, extra rijk te worden. Ze groeit uit tot de ‘koningin van Batavia’.
Een leuk bijkomend verhaal is dat de door Rembrandt geschilderde man en vrouw in het zwart wellicht Maria van Aelst en haar derde echtgenoot Antonio van Diemen zijn.
Kunsthistorisch onderzoeker Rudolf Smeets is op verzoek van Anneloes Timmerije op zoek gegaan naar een portret van Maria. Hij is ervan overtuigd dat hij haar gevonden heeft. Andere deskundigen twijfelen daaraan.

‘De man en de vrouw in het zwart’, 1633, Rembrandt
Smeets identificeerde de geportretteerden op het schilderij dat in de oeuvrecatalogus van het Rembrandt Research Project gerubriceerd staat onder nummer C67: De man en de vrouw in het zwart. Een doek dat al dertig jaar spoorloos is; in 1990 werd het gestolen uit het Isabella Stewart Gardner Museum in Boston, Massachusetts, samen met andere waardevolle werken, in wat bekendstaat als ‘de grootste kunstroof aller tijden’.
Het identificeren van anonieme geportretteerden op oude schilderijen is geen exacte wetenschap. Vaak komt het neer op het combineren van waarschijnlijkheden tot een plausibele hypothese. Aannames die later dikwijls weer worden verworpen of vervangen door een nieuwe aanname.
Voor Rembrandts man en vrouw in het zwart hebben kunsthistorici in het verleden diverse namen gesuggereerd, die alle weer zijn verworpen. Smeets is ervan overtuigd dat het een huwelijksportret is van Maria van Aelst en Antonio van Diemen, de latere gouverneur-generaal van Batavia, het hoofdkwartier van de VOC, de Nederlandse handelsvereniging in Oost-Indië. [De kunstdetective twijfelt niet: ‘Dit is Maria van Aelst’ in NRC 16-1-2020]