Buitenlust

Vijf virtuele rondleidingen door historische tuinen
Kathleen Nieuwenhuisen - HOVO/Universiteit Leiden
We beginnen met de tuin van Villa Lante bij Viterbo, waar elk terras verrast met nieuwe vondsten en vista’s. In Bomarzo proberen we te achterhalen wat Pier Francesco Orsini bewogen heeft om zijn Sacro Bosco te vullen met lukraak geplaatste beelden van fantastische wezens en monsters.  Te Versailles voeren oneindige assen ons naar de horizon. Onderweg verpozen wij bij fonteinen, de intieme Trianons en het boerendorp van Marie Antoinette. In Engelse landschapstuinen ondergaan we wat de Engelsen onder picturesque verstaan en zoeken we de romantiek op in hun fantastische follies. We eindigen op High Line Park in New York waar Piet Oudolf de beplanting van een voormalige spoorlijn voor zijn rekening heeft genomen.

De renaissance tuin: Villa Lante

Villa Lante, een monumentale Italiaanse villa die dateert uit de late renaissance, is gelegen in het dorpje Bagnaia dat een kleine middeleeuwse stadskern heeft, nabij Viterbo. Het ontwerp van villa en tuinen wordt toegeschreven aan Jacopo Barozzi da Vignola. Het ontwerp is in de stijl van het maniërisme (late renaissance).

De elegante 16de-eeuwse villa bestaat uit twee identieke villa's (palazzine) en wordt omringd door in geometrische patronen aangelegde Italiaanse tuinen met talrijke beelden en fonteinen.

Villa Lante is gebouwd tussen ongeveer 1566 en 1596. Voor de architectuur van de tuinen werd Pirro Ligorio geraadpleegd, de architect-archeoloog-schilder die het architecturale en iconologische programma van Villa d'Este in Tivoli had uitgetekend, en op de Siënese architect en wateringenieur Tommaso Ghinucci, die ook in Tivoli had gewerkt.
De beroemde tuin heeft een aantal wonderlijke beeldhouwwerken, die enigszins vergelijkbaar zijn met de tuinen van Bomarzo. Maar vooral het spel van ingenieus ontworpen waterpartijen en in peperino uitgevoerde sculpturen en fonteinen spreekt tot de verbeelding.



Tuinen van Bomarzo

In een bosrijke vallei, aan de voet van het stadje Bomarzo in het noorden van Lazio, ligt een unieke attractie verscholen: het ‘Sacro Bosco’ (heilig bos), ook wel bekend onder de naam ‘Parco dei Mostri’ (park van de monsters). Dit bijzondere park werd tussen 1547 en 1552 ontworpen door architect Pirro Ligorio, in opdracht van Pier Francesco Orsini, bijgenaamd Vicino Orsini (1523-1585), heer van Bomarzo. 
Terwijl andere Italiaanse renaissancetuinen (zoals de tuin van de Villa Lante in Bagnaia of de Villa d’Este in Tivoli) werden aangelegd volgens strakke geometrische patronen en met een doordachte perspectiefwerking, ontbreekt in de parktuin in Bomarzo elke rationaliteit en logica. Geheel tegen de gangbare praktijken in, vormt het park een organisch en excentriek geheel met vreemde beelden, vaak gesculpteerd uit de vulkanische rotswanden van de vallei waarin het park werd aangelegd. 
De beelden stellen draken, monsters, reuzen en andere mythologische wezens voor. Tal van academici hebben zich inmiddels het hoofd gebroken over mogelijke verklaringen voor de beelden en ze hebben vruchteloos gezocht naar logische verbanden. Het ‘Sacro Bosco’ blijft echter één groot en uniek mysterie. En wellicht was dat precies de bedoeling van Vicino Orsini. Daarom laat hij bij de ingang van het park één van de twee sfinksen aan de bezoekers de enigmatische vraag stellen (in oud-Italiaans): 
“Tu ch’entri pon mente parte a parte et dimmi poi se tante maraviglie sien fatte per inganno o pur per arte” (Vrij vertaald: Jij die hier binnentreedt, kijk goed rond en weet me dan te zeggen of deze wonderen fictie zijn of kunst).  
Huiveren in het heilige bos van Bomarzo



De tuinen van Versailles


De natuur beteugeld
Het is bekend dat Lodewijk XIV veel van zijn tijd doorbrengt in de tuinen van Versailles. Iedere dag maakt hij er wel een wandeling.Hij spendeert ook veel tijd en geld aan het ontwikkelen. Want hij wil zelfs de natuur en de horizon aan zijn macht onderwerpen.

In de hoogtijdagen van Versailles zijn de tuinen dan ook vaak het decor voor feesten en partijen. Bezoekers worden getrakteerd op spektakels van toneel, muziek en vuurwerkshows. Zelfs zeespektakels worden nagespeeld met schepen voorzien van kanonnen en vuurwerk. Ook liggen in het grote kanaal gondels die hij uit Italië heeft laten overkomen. De tuinen bevatten honderden verschillende bomen, bloemenperken, lusthofjes, paviljoentjes, een oranjerie, zuilengalerijen, sculpturen, een grot, vele vijvers, een kanaal en natuurlijk ook vele fonteinen. Deze bezorgen Versailles wereldfaam.

De beelden en fonteinen verbeelden veelal de goden en hun mythes en zitten vol met symboliek. Lodewijk XIV is gek op watervallen en fonteinen. Ook niet gek aangezien fonteinen natuurlijk voor de mens een manier vormen om water te domineren. Vrijwel alles in de tuin uit de tijd van de Zonnekoning is bewaard gebleven.

Lodewijk XIV neemt de tuinarchitect Andre Le Notre in dienst om al zijn ideeën in de tuin te verwezenlijken. Le Notre is dan ook voor een groot deel verantwoordelijk voor de aanleg van de tuin zoals we hem vandaag de dag nog kennen. Andere tuinarchitecten zoals Jules Hardouin-Mansart volgen hem op, maar tot op de dag van vandaag geldt Le Notre als de grootste architect van de tuin.

De beelden en fonteinen zijn veelal afkomstig van de Koninklijke Academie voor Beeldhouw- en schilderkunst: L’Académie Royale de Peintures et de Sculpture. In 1663 komt deze academie onder staatstoezicht en wordt dan ook de hofleverancier van Versailles. De academie is verantwoordelijk voor een groot deel van alle kunstwerken, waaronder de beelden in de tuin. Lodewijk XIV benoemt Charles Le Brun tot de directeur van het instituut. Le Brun is overigens de favoriete schilder van Lodewijk XIV en ook directeur van de Gobelin-fabriek. In dienst van de academie staan verschillende kunstenaars zoals Jean-Baptiste Tuby, de gebroeders Marsy, Francois Girardon en Thomas Regaudin.

From Italy to France: Gardens in the Court of Louis XIV and After


Huis ten Bosch met formele tuin, Jan van der Heyden, ca. 1668–70

The elaborate gardens of Louis XIV in France, and those of William and Mary in the Netherlands, influenced those of the English aristocracy. They had ornamental parterres (grass, gravel and planting in intricate patterns); classical statues; groves criss-crossed with walks; and fountains with impressive jets of water. There were also aviaries with colourful imported birds.

These details can be seen in paintings and engravings of grand estates. Bird’s-eye views, by artists such as Leonard Knyff and Jan Siberechts, showed off the houses and gardens of the wealthy. Set in the surrounding countryside, they indicated the wealth and status of owners and their families. 
British Baroque: Power and Illusion 
EXHIBITION GUIDE

View of a House and its Estate in Belsize, Middlesex, Jan Siberechts, 1696



De Engelse landschapstuin

 


 


 





High Line Park New York

Een stadspark op hoogte

High Line Park - vaak afgekort als The High Line - is een 2,3 kilometer lang en verhoogd stadspark in de Lower West Side van Manhattan (Chelsea district). Het park loopt van Gansevoort en Washington Street aan de zuidkant door in noordelijke richting tot aan W 34th Street, waar inmiddels het imposante Hudson Yards (opening april 2019) steeds meer gezicht begint te krijgen.

Het langgerekte High Line Park werd aangelegd op een oude goederenspoorlijn van de New York Central Railroad. In 1980 reed de laatste trein over het spoor. Ruim 20 jaar later - in 2003 - ontstond het idee voor High Line Park. Kosten: ergens rond de 150 miljoen, een bedrag wat New York City niet kon ophoesten. Slimme stadsbestuurders meenden echter dat de huizenprijs langs het 2,3 kilometer lange traject dusdanig zouden stijgen dat ook de huurbelasting omhoog kon, waardoor de aanleg van High Line Park zichzelf zou betalen.

Aanleg van The High Line

Het duurde daarna nog drie jaar voordat in 2006 werd gestart met de aanleg van het eerste deel van The High Line, dat in drie fases zou worden opgeleverd. In 2009 ging High Line Park voor de eerste keer open, het tweede deel volgde ergens in 2011 en pas in september 2014 werd het laatste deel officieel geopend voor het publiek. Ontwerper van de High Line park is landschapsarchitect James Corner. De Nederlandse ontwerper Piet Oudolf tekende voor de beplanting van het bijzondere park. tekst