zaterdag 25 juni 2022

Het Maastrichtse Stokstraatkwartier

@Ton Reijnaerdts

Die leuke straatjes vlakbij de altijd open kapel van Onze Lieve Vrouwe Sterre der Zee, bij een wandeling door Maastricht zijn ze bijna onvermijdelijk. Na het lezen over twee eeuwen geschiedenis van het buurtje bekijk ik ze ineens met andere ogen. 'Crapuul' is een bewogen sociaal-historisch verhaal met uitlopers in deze tijd.

Eerst woonden er de bemiddelden, toen de allerarmsten, en daarna was het buurtje weer voor de welgestelden. Alsof het was voorbestemd voor het proces van gentrificatie, met als tijdelijke onderbreking het sociale verval van ruim een eeuw. De geschiedenis strooit met patronen en begint daar soms al vroeg mee. In elk geval gebeurde dat in het Maastrichtse Stokstraatkwartier, het tegenwoordig toeristische yuppen- en winkelwijkje rond het Lieve Vrouwenplein, dat in de stad heel lang vermaard was om zijn onbezonnen armoede. NRC

woensdag 8 juni 2022

Eindeloos verhaal over kamer 622

foto

Vorig jaar luisterde ik naar 'De waarheid over de zaak Harry Quebert' van Joël Dicker en dat stemde me best enthousiast. Ik las al waarschuwingen dat m'n enthousiasme getemperd zou worden door 'Het mysterie van kamer 622'. In het begin van het boek dacht ik nog dat daar niks van klopte, ik vond het echt goed. Maar..........Dicker weet niet van ophouden, hij blijft verhaallijnen en tijden uit z'n hoge hoed toveren. Ik heb het afgeluisterd, vooruit ik wilde weten wat er nou was gebeurd, ook dat viel tegen. 

Arjan Ribbens slaat in NRC de spijker op de kop:

Om een boek van bijna 600 pagina’s aan de gang te houden, komt Dicker met een enorm aantal, steeds onrealistischer verrassingen. Met personages die zich in kasten verstoppen en allerlei maskerades krijgt ‘Kamer 622’ geleidelijk iets van een klucht waar John lanting zich met zijn Theater van de Lach zich niet voor zou hebben gegeneerd.

zaterdag 4 juni 2022

Een beeld van feit en fictie

Standbeeld van Willem van Oranje op het Plein in Den Haag

Op een onnavolgbare manier groeide Oranje steeds toe naar het altruïstische beeld dat over hem was gecreëerd. Hij kreeg al het etiket ‘vader des vaderlands’ in de dagen dat hij weinig meer dan een vrij roekeloos opererende hoge edelman was die vergeefs poogde om zijn geconfisqueerde bezit terug te krijgen. Hij werd al gezien als een voorvechter van het protestantisme in de dagen dat hij nog vasthield aan de oude katholieke riten.

Pas in de laatste jaren van zijn leven leek hij meer geneigd om zich als een pleitbezorger van een Europese protestantse alliantie te laten bejegenen, al sprak hij in die dagen nog altijd liever over ‘de ware religie’ dan over de ‘gereformeerde confessie’.

Waar een man zulke ingrijpende metamorfosen doormaakt, is het dan aannemelijk dat hij er ook zelf in ging geloven? Nauwelijks denkbaar. Waar iemand uit berekening en lijfsbehoud zich zo vergaand aan de omstandigheden weet aan te passen, is geen plaats voor naïviteit. Hoogstens ging hem de rol die hij speelde zo goed af dat hij er het liefst in wilde blijven. Hij groeide een aantal keren toe naar het beeld dat over hem werd ontworpen en in omloop werd gebracht: als hoeder van de inheemse vrijheden en privileges, als waakzame herder, als vader des vaderlands, als verzoener. Hoe houd je dan diepere morele overtuigingen en koele berekening nog uit elkaar? Hoe ontwar je dan feit en fictie? (p. 696)

Een veelzeggend fragment uit het slothoofdstuk van 'De zwijger. Het leven van Willem van Oranje' van Rene van Stipriaan. Omvangrijk, vol, verhelderend..........een biografie waarmee, het begin van de opstand inzichtelijk wordt. En ook dat die 'Vader des Vaderlands' een heel belangrijke rol heeft gespeeld, maar dat van hem ook een mythe is gemaakt, zo vaderlijk was ie nou ook weer niet.

Uit verschillende lovende recensies

Geen vrome kwezel

De Vader des Vaderlands is kortom altijd een potje geweest waar ieder zijn deksel op kon draaien. Van Stipriaan schotelt ons in elk geval geen Oranje voor die een vrome kwezel is geworden. Als jonge generaal was hij over het platbranden van dorpen en steden net zo enthousiast als zijn collega’s. Hij was een schuinsmarcheerder, hield van een stevig glas en verwaarloosde zijn eerste twee echtgenotes. Over de calvinistische banvloeken die van de kansel op hem neerdaalden – niet drinken, niet dansen – heeft hij zich tot de dag van het fatale schot in 1584 weinig druk gemaakt. Oranje bleef zijn leven lang een edelman, met aristocratische opvattingen, moraal en eigenaardigheden. DeVolkskrant

Willem van Oranje als schaker
Volgens Van Stipriaan laat Oranjes volwassen leven zich voor het grootste deel typeren als ‘schaken in een zwakke en vaak zelfs verloren stelling’. Hij moest voortdurend dealen met onbetrouwbare bondgenoten, met radicalen die niets snapten van diplomatie en met militairen die alleen voor het geld vochten. Terwijl er letterlijk geen dag voorbijging zonder financiële zorgen die zelfs de meest stabiele geest tot wanhoop moesten drijven. En het grootste deel van de tijd kon hij niets anders doen dan reageren op de omstandigheden en de schade beperken.

Oranje was berekenend en kon keihard zijn, maar tegelijkertijd dwingen zijn doorzettingsvermogen, moed en voor die tijd verstandige ideeën omtrent politiek en religie bewondering af. Een heilige was hij allerminst, maar dat hij ondanks alles een groot man was wordt in deze prachtige biografie overtuigend aangetoond. HistorischNieuwsblad


Maalstroom van geweld

Zeer helder schetst Van Stipriaan hoe Oranjes leven vaak vooral bestond uit ‘overleven’, uit reageren op de plannen en daden van zowel zijn vijanden als zijn (al dan niet tijdelijke) bondgenoten. Dat hij in die chaotische maalstroom van geweld en intriges uiteindelijk toch overeind bleef en de leider werd van een klein deel van de oorspronkelijke Nederlanden, kwam niet in de laatste plaats door zijn enorme talent voor propaganda en public relations. Met behulp van drukpers, uitstekende ghostwriters en een forse dosis desinformatie wist Oranje zich vrij overtuigend te presenteren als de man die opkwam voor de ‘algemene welvaart’ van de Nederlanders en die de traditionele vrijheden en de ‘ware religie’ verdedigde. NRC