dinsdag 23 april 2024

au futur Baron Rinskopf

James Ensor : Au conservatoire, vers 1893
Huile sur toile marouflée sur panneau

" Zo stralend als het weer is, zo goedgehumeurd wandelt de schilder verder. Ondanks de drukte weet hij een landauer te versieren, die hem naar het Kursaal brengt, waar zijn goede vriend, maestro Léon Rinskopf, chef van het Kursaalorkest, hem omarmt. Vanavond zal de dirigent de 'duurste artiest van de wereld' begeleiden, niemand minder dan Enrico Caruso.

James Ensor (1860-1949): 'Portrait de Léon Rinskoff futur baron du rat mort',
gemengde techniek op papier, Oostende, gedateerd 1903

Ensor is net op tijd om de korte repetitie mee te maken. De beroemde zanger en de dirigent wandelen gearmd naar de estrade, waar de orkestleden klaarzitten. 'Le plus grand ténor du monde' laat zijn stem schallen en test de akoestiek van het Kursaal, het wonderlijkste amusementspaleis 'ten westen van de Chinese Muur', een 'eclectische roomtaart'. Die avond om halfacht zullen duizenden gasten, onder wie koning Leopold II en de sjah van Perzië, het recital van Caruso bijwonen. Maestro Rinskopf laat niets aan het toeval over en leidt de 155 briljante muzikanten van het Kursaalorkest met gepaste trots door een aria, tot grote tevredenheid van Caruso. Drie jaar later schilderde Ensor het werk Au conservatoire, dat hij opdroeg aan zijn vriend met de woorden 'au futur Baron Rinskopf. Helaas zou Rinskopf de titel nooit verwerven, hij stierf veel te jong. Ensor werd wel geadeld. "

Fragment uit: 

zondag 21 april 2024

Volendam

Elizabeth Nourse - The church at Volendam - ca. 1910 - uitsnede

Marianne Stokes
A Fisher Girl’s Light
(A Pilgrim of Volendam returning from Kevelaer)
1899. 

Eén van de boeken waar ik momenteel naar luister is



‘Door schilders kijken we anders naar de wereld’

INTERVIEW
Jan Brokken

Tijdens een wandeling door Volendam vertelt schrijver Jan Brokken over zijn boek De ontdekking van Holland en over de beroemde schilders die daar ooit kwamen. En hoe je op verschillende manieren naar de wolken kunt kijken.

NRC, Jeroen van der Kris22 februari 2024

Huis Marseille


Het museum Huis Marseille is genoemd naar het pand waarin het is gevestigd. Dit monumentale woonhuis werd rond 1665 gebouwd in opdracht van de Franse koopman Isaac Fouquier. Op de imposante, classicistische gevel liet Fouquier een steen aanbrengen met de plattegrond van de Franse havenstad Marseille. Het schip dat hij in Marseille had laten bevrachten en dat hem naar Amsterdam had gebracht, maakte van hem een gefortuneerd man. Hoewel Fouquier het pand al in 1676 moest verkopen, is de gevelsteen nog altijd aanwezig. De oorspronkelijke, 17de-eeuwse indeling van het huis is driehonderd jaar later nog grotendeels intact: met een voorhuis, binnenplaats, achterhuis en tuin.

Uit begin 18de eeuw stamt ook het plafondstuk in de zaal van het achterhuis, de huidige Tuinzaal. De schildering is gemaakt door Jacob de Wit, de belangrijkste decorateur uit de 18de eeuw, en toont Apollo tronend op de wolken omringd door Minerva en de negen muzen.

Huis Marseille: De huizen


woensdag 17 april 2024

De Bollenstreek

In de 19de eeuw kwamen bloembollen binnen het bereik van gewone tuinbezitters. Daardoor steeg de vraag naar bloembollen en kwam er ook meer behoefte aan teeltgrond. In en rond Haarlem, waar lange tijd het centrum van de bloembollenteelt was, ontbrak daarvoor de ruimte, maar ten zuiden van de stad was nog voldoende kalkrijke zand- grond te vinden in de binnenduinrand. 


Vooral na 1850 werd op steeds grotere schaal duingrond afgegraven en in cultuur gebracht. De afzanding van de duinen tussen Bloemendaal en Heemstede, rond Hillegom en Lisse en in de buurt van Noordwijk ging gelijk op met de behoefte aan expansie voor de bloembollenteelt. 


Ook kwekers van groenten en fruit in Hillegom, Lisse en omgeving gingen op kleine schaal bloembollen telen. Aan het eind van de 19de eeuw werden bollen voor veel tuinders het hoofdproduct en werd de groenten- en fruitteelt verdrongen door de bloembollenteelt. Zo schoof de bloembollenteelt op naar het zuiden en ontstond de huidige Bollenstreek tussen Haarlem en Leiden.

(tekst uit: Holland Bollenland

Holland Historisch Tijdschrift
Holland Bollenland 2021/01

Op z'n minst driekwart van mijn voorouders van moederskant leefden in de Bollenstreek. Of ze ook allemaal in het bollenbedrijf gewerkt hebben weet ik natuurlijk niet. Mijn overgrootvader Willem Prins zeker wel, hij werkte als knecht op het bollenland.
Waar zijn ze geboren?
Bloembollen

Museum de Zwarte Tulp
Hét museum over de bloembollencultuur
Lisse
Foto's gemaakt tijdens bezoek op 13 april 2024 in
fotoalbum

De oude Heereweg of Heerweg tussen Haarlem en Leiden vormt als het ware de ruggegraat van de Bollenstreek. De pleisterplaatsen op die weg vond men in de drie bollendorpen Hillegom, Lisse en Sassenheim.
van wildernisse tot bollenstreek - Tom Lodewijk
uitgegeven in 1972

maandag 1 april 2024

Nataraja, de dansende Shiva

Shiva Nataraja, rond de twaalfde eeuw vervaardigd in de Indiase deelstaat Tamil Nadu. 
Foto: Rijksmuseum Amsterdam

Sara toont me de opname van de doorgelichte vrachtwagen, met de Nataraja in de ene krat en de basis los in een andere. Het is een wonderlijk gezicht, de oplegger met die dansende god erin, gescheiden van zijn basis, met de armen gespreid en zijn hoofd schuin naar links gekeerd. Het voelt ook licht blasfemisch. In een tunnel die wordt gebruikt om smokkelaars te ontmaskeren of verstekelingen op te sporen of andere criminele activiteiten bloot te leggen laat de Nataraja zich in zijn binnenste bekijken, in simpele grijstinten, van bijna zwart tot bijna wit.



'Door middel van deze röntgenopname konden we veel vragen beantwoorden waar die eerste opnamen geen uitsluitsel over gaven,' vertelt ze enthousiast, terwijl ze met een vloeiende vingerbeweging op haar beeldscherm inzoomt op de krat met het beeld erin. 'We hadden gezien het gewicht uiteraard al het vermoeden dat het beeld massief gegoten was. Deze opname bevestigde dat definitief. Maar wat ook nog eens bleek, is dat de halo en het mannetje waarop Shiva danst, Apasmara, met het beeld mee zijn gegoten. Alleen Shiva's haren en de basis zijn apart gemaakt. Van de basis wisten we dat uiteraard, want daar staat de Nataraja ook nu nog los op, maar wat betreft de haren staan we nog steeds voor een raadsel. De vlechten zijn met klinknagels aan de halo vastgeklonken, maar we kunnen geen mechanische verbinding tussen het haar en het hoofd vinden, althans nog niet. (p. 222)



Een geschiedenis van smeergeld en heimelijk graafwerk
RECENSIE NRC
Roofkunst Hoe kwam een beeld van Shiva, de hindoegod van de dans, in het Rijksmuseum? Is het roofkunst? Alexander Reeuwijk schreef er een boek over.
Mariëtte Haveman

Zoektocht naar Nataraja
Recensie in Literair Nederland door Els van Swol