woensdag 31 juli 2019

Kobo



Sinds een een klein jaar las ik op de Kobo Aura ONE. Het grote scherm van  7.8 inch vond ik heel fijn. Verder was ik geregeld aan het mopperen, vooral op het touchscreen dat traag reageerde of  steeds de naast liggende functie opende.
Gijs heeft me vorige week voor mijn verjaardag  verrast met de nieuwste Kobo. Mijn leesvoertuig is nu de Kobo Forma. Een nog groter scherm dat als ik dat wil alle kanten meedraait, adequaat werkende functies. En als klap op de vuurpijl.......fysieke bladerknoppen........ de wens van zowat iedere e-booklezer. Alleen de statistieken maken me wel een hele snelle lezer, 106 boeken in 76 uur.




Behalve het lezen heb ik vorige week ook het luisteren, dat ik steeds fanatieker ben gaan doen, op een andere leest geschoeid.  Voor een redelijk klein bedrag heb ik een Kobo Plus luisterboeken abonnement afgesloten. Via de app kan ik nu een onbeperkt aantal luisterboeken, hoorcolleges en hoorspelen downloaden en afluisteren op m'n smartfoon.

Amsterdam 1919

Inmiddels heb ik het hoorcollege van H.W. von der Dunk, Cultuurgeschiedenis van Europa in de 20e eeuw beluisterd. Geen tussendoortje, echt om niets anders te doen dan aandachtig luisteren. Dit soort colleges die uitgegeven worden door Home Academy vind ik eigenlijk te prijzig voor normale aanschaf. Nu met het abonnement staat er een hele rits op m'n lijstje.

Wel geschikt om bij van alles wat ik doe te beluisteren was het hoorspel "De Kriminalist" van Dick van de Heuvel en Simon de Waal, een smeuïge 'wie heeft het gedaan?'. Amsterdam vlak na de Eerste Wereldoorlog, moorden op De Wallen, duistere figuren in hotel Krasnapolsky, een apotheker met de nieuwste opsporingstechnieken als hobby en een wat sullige politie-inspecteur.

Ik ben vandaag begonnen aan het hoorspel "Darwin's oogappel" van Susan Glimmerveen.

Net als de gelezen boeken krijgt het luisterspul allemaal een plek, al is het maar in de zijkolom, op dit blog.

zondag 28 juli 2019

Hundraåringen


Een super vermakelijke podcast of beter hoorspel, naar het boek `De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween` van Jonas Jonasson. Ik heb uren met veel plezier geluisterd, af en toe biggelden de tranen over mijn wangen van het lachen. Op de website van DeHoorSpelFabriek de volgende beschrijving van het geweldige luisterverhaal:
Allan Karlsson wordt honderd en voordat in het bejaardentehuis het feest losbarst, vertrekt hij. Hij klimt uit het raam en verdwijnt. Pers en burgemeester hebben het nakijken.
Bij het busstation neemt hij een zware koffer mee die gevuld blijkt te zijn met een grote hoeveelheid duidelijk crimineel geld.
Vervolgens openen zowel de politie als diverse criminelen de jacht op hem. De club mensen om hem heen wordt steeds groter en bonter.
Dat brengt Allan er niet van af om tijdens zijn vlucht, een ware roadtrip door Zweden, terug te kijken op een avontuurlijk leven, waarbij hij betrokken was bij een grote hoeveelheid historische gebeurtenissen, zoals de ontwikkeling van de atoombom en een reddingsactie voor Mao’s vrouw. Zijn frisse weerzin tegen religie en politiek brengt hem in duizelingwekkende avonturen, maar redt hem daar ook weer uit.
Met zeker 100 acteurs, waaronder Erik van Muiswinkel, Lies Visschedijk, Jeroen Spitzenberger en Plien van Bennekom, maar ook Charles Groenhuizen, Clairy Polak, Martin Gaus en Boris van der Ham.

zaterdag 20 juli 2019

Aquasie Boachi


De roman van Arthur Japin ´De zwarte met het witte hart` werd me aangeraden, omdat ik een reis naar Ghana wil maken. Ik heb het luisterboek op cd, ingesproken door de schrijver zelf, aangeschaft, zodat ik het ´s middags in de auto op de terugweg naar huis kon beluisteren.
Een interessante geschiedenis van  twee Ashanti prinsen die in de eerste helft van de 19-de eeuw als kinderen een soort diplomatiek geschenk zijn van hun vader en oom, de koning van Ashanti, aan de Nederlandse Koning.
Japin vertelt hoofdzakelijk over de wederwaardigheden van Aquasie Boachi , prins van Ashanti, (Kumasi 24 april 1827 – Buitenzorg 9 juni 1904).  Het is een roman dus afwijken van het echte verhaal mag en dat doet de schrijver dan ook. Het ligt aan mij dat ik dat vervelend vind, dat het niet de emoties zijn van een Ashanti prins van bijna twee eeuwen geleden, maar die van Japin in de tegenwoordige tijd. Dat wordt ook niet verbloemd, maar toch vond ik het op driekwart van het boek genoeg. En daar droeg de geëxalteerde voordracht van de schrijver zeker aan mee.

woensdag 17 juli 2019

You Know I'm No Good

"Wat is herinnering meer dan een ingesleten pad in je brein? Als je maar vaak genoeg hetzelfde denkt, wordt het vanzelf echt.
Ik leefde in een roes met gefantaseerde herinneringen. Ik was aan het spijbelen. Nog steeds doe ik niets liever dan dat. Ergens moeten zijn, iets moeten doen, en dat dan laten. Ik heb gespijbeld van school, werk, vriendschappen, leven en liefde.
Dit is hoe het werkt: wie spijbelt, vindt een gat in de tijd. Zo voelt het, alsof je een deur door gaat naar een parallel universum. In de gewone wereld draait alles door, daar werkt iedereen hard aan zijn toekomst, zoals ik dat ook zou moeten doen, maar aan de andere kant van de deur bestaat die toekomst niet. Daar zijn geen regels of geboden, daar is niemand die iets van je wil, daar ben je vrij.
Dronken zijn is spijbelen. Drugs gebruiken is spijbelen. Schrijven is spijbelen. Het is een ontsnapping uit de werkelijkheid, uit je eigen hoofd.
Het is het verschil tussen de rede en de roes, schrijft filosoof Bertrand Russell in zijn standaardwerk De geschiedenis van de westerse filosofie. Het verschil tussen doen wat je moet doen en daaraan ontsnappen, of ervan spijbelen. Het is het verschil tussen een tijd die voortstuwt en een die stilstaat."
Een fragment uit het 'Zelfverwoestingsboek' van Marian Donner. Een geweldig pleidooi tegen perfectie! We zijn te dik, te dun, te rimpelig. We zijn niet altijd aardig, beheerst en verstandig. En dat kunnen we best laten zien. Tegen de tijdgeest in. Stop met lichaam en leven allemaal in dezelfde economisch nuttige mal te gieten. Geef die coach zijn congé, mik dat zelfhulpboek bij het oud papier. Hoe lang of hoe kort het gaat duren dat zien we wel, maar leef!


Tijdens het lezen dacht ik onder meer aan het intense leven van Amy Winehouse. Tekort geleefd? Ik denk het niet, juist door zich te verliezen in drank en drugs werd ze wie ze ze moest zijn. Jaren geleden heb ik, fan van haar, deze blend gemaakt, wat een mooie vrouw in alles.

Het boek past ook bij dat van Barbara Ehrenreich, 'Oud genoeg om dood te gaan', dat ik vorig jaar heb gelezen. De Engelse ondertitel: "Natural Causes: An Epidemic of Wellness, the Certainty of Dying, and Killing Ourselves to Live Longer"

Het boek in een YouTube notendop:


In het Parool een interview van Irene Start met de schrijfster:

Marian Donner (45), zelf een gelukkige roker, pleit met haar Zelfverwoestingsboek voor meer rommeligheid en minder carrièredrang. ‘We zijn elkaar volledig gek aan het maken met die succesverhalen en hang naar cleanheid.’

Een recensie in NRC van Arthur Eaton:


Het Zelfverwoestingsboek is vilein en grappig en vol genade. De boodschap aan de lezer is: jij hebt geen schuld aan die ellende. Het is de schuld van de omgeving waarin je geworpen bent. Zo verschuift Donner de verantwoordelijkheid van het individu naar het collectief.

Maar als Donner meent wat ze zegt – als het kapitalisme inderdaad de oorzaak is van de vervreemding die ons lam slaat – dan hebben we naast ontnuchterende boosheid ook de verantwoordelijkheid om te zoeken naar louterende alternatieven. Sterke vakbonden, coöperatieven, zelfbestuur: ideeën die het neoliberalisme succesvol heeft verdrongen. En dat betekent naast het verwoesten van het oude, ook het opbouwen van iets nieuws. ’s Nachts de roes, overdag de strijd.

Amy Winehouse
You Know I'm No Good (Live Acoustic)


zondag 14 juli 2019

‘This amazing family’

De familie in 1927: v.l.n.r. Monika, Michael, Golo, Katia, Thomas, Elisabeth, Erika en Klaus Mann
De Britse diplomaat en schrijver Harold Nicolson spreekt in een recensie van ‘this amazing family’, en dat is een treffend oordeel van een buitenstaander. Maar het merkwaardige is dat de familie Mann zichzelf in (dag)boeken en brieven ook zo gaat noemen. Soms spreekt daar een lichte ironie uit, maar meestal toch treft het dat die zelffelicitatie volkomen ernstig wordt genomen. Elke vorm van bescheidenheid moet de Mann-clan vreemd zijn geweest; vader Thomas heet in huiselijke kring de Tovenaar, en bijna alle nazaten, misschien met uitzondering van de schrijver en historicus Golo Mann, gedragen zich als koningskinderen, voor wie uiteraard prerogatieven zijn weggelegd die gewone stervelingen ontberen. Ontelbaar zijn de bedelbrieven van de kinderen aan moeder Katia, ook wanneer ze al ruimschoots volwassen zijn. Er zijn altijd enorme hotelrekeningen die betaald moeten worden, onontbeerlijke zaken als ‘manchetknopen, een Arabisch tapijt, een leren vest en chique zakdoeken’ worden aangeschaft op rekening van vader en moeder. Wanneer de jongste zoon Michael als student een auto nodig heeft moet dat ook meteen een Bugatti zijn. Hij schrijft zijn moeder: ‘Als ik een motorfiets zou kopen, zou dat toch veel erger zijn.’ (De Groene Amsterdammer, Stephan Sanders, 16-8-2017)



Inderdaad een bijzonder gezin van de grote Duitse schrijver
(Buddenbrooks, De Toverberg, De dood in Venetië) Thomas Mann. Zes kinderen die als volwassenen min of meer talentvol zijn, maar ook altijd in de weer met drank en drugs, relaties en erotiek. Hun onderlinge verhoudingen komen samen bij moeder Katia, de manager van 'Company Mann'. 
Het boek van Tilmann Lahme, 'De familie Mann' heb ik met verbazing en vooral ook genoegen gelezen. De geschiedenis is zo geschreven dat meeleven en positie nemen in het gezin bijna onvermijdelijk is.


'De ‘amazing family’ van Thomas Mann op de snijtafel', NRC, Michiel Krielaars, 2 juni 2017

zondag 7 juli 2019

Kabbelend als de Seine

In de tuin op een bank in de zon aan de rand van het bloemenweitje, zo luisterde ik elke dag een kwartiertje naar het verhaal over het leven van Misia Sert. Voordat ik de prachtig gemaakte podcast vond op de lijst van Klara.be had ik nog nooit van Misia gehoord. Zo verwonderlijk is dat niet getuige ook wat Michael Zeeman (VK, 15-04-1994) zegt in een bespreking van haar memoires:

"Zij heeft een leven geleid in de koesterende stralen van een aantal van de grootste kunstenaars uit de eerste helft van deze eeuw, maar het is verbijsterend hoe weinig invloed die op haar kijk op de wereld, haarzelf incluis, hebben kunnen uitoefenen. Het is alsof zij door een bioscoop heeft gewandeld, zaal in, zaal uit, zonder dat het ooit tot haar doordrong dat zij geen deelneemster was aan de vertoonde filmavonturen. Dat zij de illusie had dat wel te zijn, maakte haar bovendien een slecht waarnemer."

Misia Sert par Pierre Bonnard, 1908
"Ze had oog voor artistieke faam - en voor de blikken waarmee vooral de mannelijke kunstenaars haar bekeken. Pierre Bonnard, Auguste Renoir, Toulouse Lautrec, ze moeten gedurende de eeuwwisseling gebedeld hebben haar portret te mogen schilderen. Het is een hele teleurstelling dat de oeuvre-catalogussen van de betreffende schilders zoveel minder uitgesproken over de betekenis van haar als model zijn. Iets dergelijks geldt de opdrachten in boeken en boven muziekstukken waarvan Misia Sert melding maakt; ze strooit ermee alsof al dat eerbetoon slechts een bleke afschaduwing is van de intense werkelijkheid waarvan zij het gezochte middelpunt was. En inderdaad: boven een vergeeld stuk balletmuziek, voorin een vergeten novelle."

De recensie in De Morgen van de Misia podcast oordeelt milder over haar persoon. Maar alle lof gaat vooral heel terecht naar de productie van Katharina Smets. Daar sluit ik me aan, op die tuinbank waande ik me telkens even in een Parijse droomwereld.

"Het verhaal van Sert en de gepaste muziek – zorgt voor een heerlijke documentaire van anderhalf uur die kabbelt als de Seine. Als luisteraar kan je makkelijk dromen van een tijd waarin geld geen rol speelde en iedere avond eindigde in een drinkgelag met bohemiens."