zondag 22 september 2019

Het grote schaakspel

Demonstranten vrijdagavond (20/9) op het Tahrirplein in Caïro. Foto Reuters
Gisteren kwamen de berichten van demonstraties in Egypte. Ik had juist 'Dwars door het Midden-Oosten' van Carolien Roelants gelezen. De ontwikkelingen zijn complex, moeilijk te duiden, maar door de uitleg van Roelants ben ik weer bijgepraat en denk het wat meer te begrijpen. En toch ben ik verrast dat mensen weer durven opstaan tegen één van de dictators uit het gebied. Uit het Volkskrant-artikel van gister:

Sinds zijn machtsovername als legerleider in 2013 en zijn verkiezing tot president een jaar later heeft Al-Sisi het politieke leven en de vrijheid van meningsuiting in Egypte sterk beknot. Kritische ngo’s zijn verboden of wordt het leven zuur gemaakt, de media worden gemuilkorfd.  Demonstraties waren tot nu schaars, afgezien van grootschalig - en met buitensporig geweld neergeslagen - protest van de Moslimbroederschap in het eerste jaar na de machtsovername.


Over het boek wordt in het NRC gezegd:

Roelants bekijkt de ontwikkelingen door de bril van belangen die elk land heeft en nastreeft. Rusland zit zo hardnekkig in Syrië omdat zij daar haar enige haven aan de Middellandse Zee heeft; het Westen steunt liever een stabiele dictatuur dan een onvoorspelbare democratie; veel opstanden zijn niet ingegeven door religieuze overwegingen maar door verzet tegen onderdrukking; Turkije is vooral bezorgd over de Koerden.
Met deze benadering ontwart Roelants op heldere wijze de kluwen die Midden-Oosten heet. Het blijft daarmee wel een boek over het grotere schaakspel in de regio. Niettemin heeft Roelants veel oog voor de gevolgen daarvan voor de gewone bevolking: loslopende rebellen in Syrië (die weer worden ingehuurd door Turkije en ingezet tegen de Koerden), vluchtelingen in Libanon en Jordanië (die daar al jaren zitten en een bron vormen van toekomstige onrust) en Jemen met de grootste hongersnood ter wereld.
Carolien Roelants publiceert regelmatig in het NRC. Altijd zeer plezierig om te lezen. Ik heb uit een recente column, die over de Londense tentoonstelling


Freya Stark als toetje. Freya Stark (1893-1993) lijkt me een fantastisch mens. Ze studeerde Perzisch en Arabisch en ging op reis in het Midden-Oosten, Jemen, Iran, Irak, Syrië, het toenmalige Palestina en Turkije. Gewoon, dame alleen op een ezel met een gids en wat bediendes die ze ter plaatse in dienst nam of onderweg oppikte. Ik lees nu haar boek The valleys of the Assassins, over haar reis door het noorden van Perzië. 


Haar (vele) boeken zijn wat mij betreft een aanrader: Stark schrijft geestig en beeldend over haar reizen en haar ontmoetingen met plaatselijke machthebbers en gewone mensen. Maar ze neemt ook zonder enig probleem antieke spullen mee, bijvoorbeeld uit oude graven. „Ik dacht dat als ik wachtte tot de Politiechef was gescheiden van zijn collega’s, [...] ik hem misschien zelfs zou kunnen overreden te helpen met de plundering van een graf of twee.” Ze wist dat het niet mocht, schrijft ze, maar ja, er werd al zoveel geroofd.

Nu ben ik wel begonnen in een boek over het leven van Freya Stark en niet in één van haar boeken zelf. Maar het is een mooi leespad, Midden-Oosten - kunst - avontuurlijke vrouw - begin 20-ste eeuw. Het is een flink boek en in het Engels, het houdt me wel even bezig.