woensdag 11 september 2019

Zeemansvrouw

Anna Enquist tijdens de Vlaamse Poëzieweek  2013
Anna Enquist leest zelf de verkorte versie van haar roman 'De thuiskomst' voor. Haar droge, wat rasperige stem past goed bij de  droevige roman die zij over het leven van Elizabeth Batts (1742-1835) heeft geschreven.

In NRC van 13 mei 2005 wordt een interview met de schrijfster zo ingeleid:

De thuiskomst [ ] is haar beste, haar meest omvattende en meest ontroerende roman tot dusver, veel soepeler en losser van stijl ook dan we van haar gewend zijn. Het is een historische roman, gewijd aan Elizabeth Batts Cook, de vrouw van de zeevaarder en ontdekkingsreiziger James Cook. Een dappere, maar ook bepaald beklagenswaardige vrouw, zo blijkt uit de gloedvolle beschrijving die Enquist van haar leven geeft. Zij baarde zes kinderen, maar geen van de zes zou oud worden. Twee kinderen overleden al in haar kraambed of in de wieg. De andere vier hielden het langer vol, maar de arme Elizabeth werd met haar vierennegentig jaren veruit het oudst van iedereen.

Een week eerder liet Arjan Peters in de recensie 'En maar zwijgen en klagen' niets heel aan het boek:

Vierhonderd bladzijden druipend van een [  ] leeghoofdig lamento –alleen wie alle hoop heeft laten varen, kan deze strafexpeditie uitzitten.

Een heel klein beetje gelijk heeft Peters wel, het is erg veel droefenis zonder ook maar eens een zonnestraaltje. Toch heb ik vijfenhalf uur geboeid geluisterd. Ik hoorde het diepe verdriet van Enquist over haar verongelukte dochter. Dat verdriet dat Elizabeth uitspreekt, immers ook zij verliest haar enig meisje door een ongeluk.

Het gezin van Elizabeth en James Cook-Batts 

Anna Enquist verwoordt dat in het NRC-interview heel mooi.

,,Over Cook is veel bekend, maar over zijn vrouw zijn alleen een paar droge feiten overgeleverd. Haar karakter kon ik zelf bepalen en via haar kon ik dan weer dingen over hem vertellen. Het was fijn om zo'n vergeten vrouw in de schijnwerpers te kunnen zetten. Dan is haar leven toch niet voor niks geweest. Het is natuurlijk onzin, maar ik heb al bedacht dat er, over een eeuw of zo, een schrijver opstaat die een mooie roman gaat schrijven over mijn dochter. Dat soort egocentrische gedachten spelen ook mee. Verder vond ik het ook echt sneu dat er over hem nog steeds wordt gepubliceerd, maar dat je nooit iets leest over haar en al die gestorven kinderen. Terwijl het gevoelsleven van die mensen natuurlijk het allerbelangrijkste is geweest.''