zaterdag 10 augustus 2019

Identiteitsingewikkeldheid


Afgelopen dagen geluisterd naar 'Salomons oordeel' van Robert Vuijsjes.  Het identiteitsdenken in familieverband.  Thomas de Veen geeft in de NRCC-recensie: 'Nieuwe roman Vuijsje geeft het racismedebat weer' een overwogen samenvatting van het boek.

Robert Vuijsje met zijn vrouw Lynn Spier 
en hun zonen Samuel (links) en Sonny. 
Beeld Marie Wanders
"Aanvankelijk is Salomons oordeel vooral een satirische roman, die iedereen bespot die zich in zijn hokje verschanst. Maar gaandeweg ontwikkelt zich daaruit een ideeënroman, waarin een stap vooruit in het racismedebat onderzocht wordt – maar hoe zetten we die? Verzoening veronderstelt vertrouwen, en vertrouwen gaat niet samen met ongelijkheid, en ongelijkheid kan pas verdwijnen als de vaste posities verlaten worden. Wie uit z’n hokje treedt, moet erop kunnen vertrouwen dat hij er niet in teruggeduwd wordt, door blikken op straat en bij zijn volgende sollicitatiegesprek.
Die oplossing was al luid en duidelijk uit de Bijbelse titel op te maken: koning Salomon besloot te oordelen tegen de zin van beide partijen in, maar in het belang van het kind. Simpel, doeltreffend, en in zijn algemeenheid is dat ook niet het geniaalste aan Salomons oordeel. De roman moet het vooral hebben van de overtuigende manier waarop Vuijsje naar die verzoeningspoging toe schrijft. Een rigoureuze, maar pijnlijk geloofwaardige stroomversnelling in de plot laat de omstandigheden veranderen, waardoor de standpunten alsnog wankelen. Om samen verder te komen wordt wíe ze zijn belangrijker dan wát ze zijn – en wat ze daarmee doen. Waar identiteitsdiscussies vaak verzanden in verwijten van slachtofferschap of zelfgenoegzaam taalactivisme, brengt Vuijsje de zaak terug tot menselijke proporties. Daar, tussen mensen, kunnen de muren van hokjes neergehaald worden, toont Salomons oordeel, als er vertrouwen is. Dat is misschien wel de zinnigste bijdrage die een roman aan dit debat kan leveren."
In de Volkskrant licht Vuijsjes het boek zelf toe:

Wat gebeurt er als het niet langer een theoretische discussie is? Wat als je moet kiezen en kleur bekennen, aan welke kant sta je dan echt? Over dat dilemma wilde ik schrijven.
Dan het ongemak dat ik de laatste tien jaar in Nederland heb waargenomen. Het wordt veroorzaakt door een nieuwe situatie. Zwarte Nederlanders vinden: wij zijn hier geboren en we hebben net zoveel te zeggen over dit land als iedere andere Nederlander. Witte Nederlanders denken: wat krijgen we nou, dit was toch ons land, die andere mensen woonden hier wel, maar ze zijn niet helemaal Nederlands, ze zijn niet zoals wij, waarom zouden wíj ineens moeten luisteren naar wat zíj hebben te zeggen over óns land?
Om in de breedte verder te gaan met dit thema, ik lees nu al 'Dames voor Darwin' van Griet Vandermassen, heb ik het boek "Witte schuld' van Elma Drayer dat 21 augustus verschijnt op mijn te-lezen-lijst gezet. Over dit boek een interview met de schrijfster in de Volkskrant:
Ik weet nu al dat de kritiek op mijn boek zal zijn dat ik als witte vrouw niet weet waarover ik het heb als het gaat over identiteitspolitiek en racisme. Maar het thema is veel te belangrijk om aan activisten over te laten of aan griezelige rechtse types. Ik beschouw mezelf als links, ik ben zo ongeveer de enige overgebleven PvdA-stemmer in mijn omgeving. Juist als sociaaldemocraat moet je je druk maken over de wijze waarop dit debat ontspoort. Terwijl links vooral lafjes met identiteitspolitiek meegaat.