zondag 20 december 2020

Een wonderlijke ‘sterrenstatus’




Gerard Aalders twitterde vrolijk dat toen Willem-Alexander en Maxima, die ondanks de coronamaatregelen doodleuk naar hun villa in Griekenland waren gevlogen, uitstekende reclame maakten voor zijn juist uitgekomen 'Oranje Zwartboek'. En zo is het maar net, want ik ben het gaan lezen. Erg onthullende is het allemaal niet wat Aalders schrijft over ruim twee eeuwen durende Oranjepoppenkast. Toch blijft het verbijsteren dat het nog steeds bestaat, de zelf verrijkende, nietsnuttende, monarchie.

Helaas loopt het relaas van Aalders op veel plekken vast in zijn verontwaardiging. In NRC schreef Titia Ketelaar:


Bij de Oranjes gaat het altijd om geld

Aalders valt [ ] met de deur in huis: de ‘sterrenstatus’ van de koninklijke familie is ‘een wonderlijk fenomeen’, vooral omdat ‘ieder normaal mens met een min of meer voltooide basisopleiding’ kan wat Willem-Alexander doet. Bezigheden als glimlachen, handen schudden en ‘minzaam wuiven’ leiden bij anderen dan van koninklijk bloed niet tot ‘uitbarstingen van gejuich en exorbitante, soms compleet infantiele aanhankelijkheidsbetuigingen’. Toch dicht hij de voorgangers van de huidige koning invloed toe.

Op de vraag wat de familie Nederland heeft opgeleverd, is Aalders weer stellig: niets. Hij illustreert dat met een lijvige beschrijving van wat er in zijn ogen allemaal mis is met de Oranjes: van Willem I (schulden) tot Willem-Alexander (vakantiehuizen), met extra aandacht voor prins Bernard, over wie Aalders eerder schreef. Hij blijft alleen steken in zijn verbazing over ‘een pers die de monarchie verheerlijkt, ook als er niets te berichten is’, in zijn irritatie over ‘de Orangisten’ in de Tweede Kamer die nooit echt kritisch zijn, en in zijn verbijstering over een volk dat ondanks de opgesomde talloze misstappen blind blijft geloven in de monarchie.