dinsdag 1 januari 2019

Het eilandgevoel


Soms denk ik dat romans lezen niet meer aan mij besteed is. Maar afgelopen week heeft een verhaal me weer meegesleept, het bestaat dus nog. Jane Gardan heeft me het levenseiland van Polly Flint laten voelen in het boek 'De dochter van Crusoe'.

Laura van Baars noemt in haar lovende recensie in Trouw nog zo'n boek, dat me raakte, Sarah Perry’s ‘Het monster van Essex’.

Wie hield van A.S. Byatts ‘Het boek van de kinderen’ of Sarah Perry’s ‘Het monster van Essex’ (over het Victoriaanse Engeland), zal ook genieten van ‘Crusoe’. Wie, zoals ik, Gardam leerde kennen door haar ‘Old Filth’-trilogie, zal zeker zijn hart weer ophalen aan haar elegante, grappige, sfeervolle verteltrant. Het personage van Polly wint het wat mij betreft zelfs van Edward en Betty Feathers: ze is uitgesprokener, excentrieker, dapperder en zwakker tegelijkertijd. Hoe ze zich (net als Robinson Crusoe) al jong verzet tegen de kerk, maar toch op haar eigen manier invulling aan het geloof blijft geven, is ontroerend.
Gardam vertelt het verhaal van deze ‘schipbreukelinge’ vol genade van de wieg tot het graf in bijna 300 pagina’s, zonder enig hoofdstuk als reddingsboei in het verhaal te werpen. ‘Crusoe’ is haar het meest dierbaar van al haar werk, zei Gardam (90) in een interview, omdat het voor een deel gebaseerd is op haar moeder, die net als Polly nooit naar school ging, en haar eigen ervaring met literaire talenten die door haar familie niet op waarde geschat werden.
'Het boek der kinderen' van Byatts heb ik op mijn 'dat-wil-ik-lezen-lijst' gezet. Nu begin ik eerst nog een keer aan een roman. Eentje over hedendaagse problematiek 'Ons soort mensen' van de Duitse schrijfster Juli Zeh.