maandag 4 maart 2024

Het Versailles van de arbeidsklasse

Een van de eerste en nog steeds bekendste woonblokken van de VAK (‘vereeniging ten behoeve van de arbeidersklasse’) lag aan het Smalle Pad, aan de noordelijke rand van de stad (sinds 1875 de Planciusstraat). Dit grote huizenblok werd in de zomer van 1856 opgeleverd en gold als het nieuwste van het nieuwste op het gebied van woningbouw voor arbeiders. Architect Pieter Johannes Hamer (1812-1887) zette met dit blok de standaard voor sociale woningbouw in Nederland. De buurt kreeg de bijnaam 'het Versailles van de arbeidersklasse'.

Toch waren de individuele woningen niet groot. Bij oplevering bestond het blok uit honderd woningen: 64 tweekamer- en 32 eenkamerwoningen, beide rug aan rug. In het middengedeelte lagen vier driekamerwoningen, die doorliepen van de voorgevel aan de Houtmanstraat naar de achtergevel aan het Smalle Pad. De vernieuwing school niet zozeer in het aantal vierkante meters, maar in de voorzieningen. Alle woningen hadden een eigen privaat en waren aangesloten op de waterleiding, een luxe die de meeste bewoners van de grachtengordel nog niet eens kenden.


Het woonblok grensde aan de achterkant aan het Westerplantsoen, een parkje met begraafplaats dat in 1845 was aangelegd op de oude bolwerken van de stad. Waar veel arbeidersgezinnen in hun kelderwoningen überhaupt geen ramen hadden, keken de bewoners van het Planciusblok uit op bomen, vogels en sfeervolle wandelpaadjes door het groen. Niet alleen de buitenlucht was er schoner, ook in de huizen zelf was het klimaat een stuk gezonder dan in de meeste woningen in de stad. De VAK had speciaal hiervoor moderne ventilatietoestellen laten ontwerpen, iets wat nog niet eerder vertoond was in Nederland. Helaas maakten de apparaten zoveel lawaai dat bewoners er niet erg gelukkig mee waren. Bovendien was er de eerste jaren flinke stankoverlast van twee fabriekjes in de buurt en een illegale mestmakerij in de Galgenstraat. Dat nam niet weg dat de woonomstandigheden in het Planciusblok koninklijk waren vergeleken bij die van het gros van de arbeidersbevolking in de negentiende eeuw.


Uit: Geld, geloof en goede vrienden - Laura van Hasselt
Piet van Eeghen eb de metamorfose van Amsterdam 1816-1889