Introductie tot de cursus
Gentile da Fabriano, Adoration of the Magi, 1423, tempera on panel, 283 x 300 cm (Uffizi Gallery, Florence) |
Gentile da Fabriano, Adoration of the Magi
Vasari's rinascita
- met Cimabue en Giotto;
- de regels van imitatie werden ontdekt: het besef van anatomie, perspectief en natuurlijke kleuren ontstond
- met Masaccio, Donatello, Ghiberti en Brunelleschi;
- de regels werden correct, zij het schools toegepast
- met Leonardo, Rafaël en Michelangelo.
- de regels werden overstegen
- excelleerde Michelangelo in de tekening van de menselijke figuur,
- muntte Rafaël uit in de verhalende voorstelling en
- blonken Titiaan en Correggio uit in het koloriet.
Cimabue, Tronende Madonna met Kind |
Vasari schreef de levensbeschrijving van Cimabue 250 jaar ná het overlijden van Cimabue, in een tijd waarin de (kunst)historische wetenschap nog niet als zodanig bestond. Zijn beweringen die wij maar al te graag als belangrijke, geschreven secundaire bron beschouwen, kunnen niet zonder meer worden aangenomen, maar moeten kritisch worden bekeken.
Giotto di Bondone, Ognissanti Madonna (Madonna in Maestà), c. 1310, Galleria degli Uffizi, Florence |
Door zeer vaardig naar de natuur te schilderen blies Giotto de schilderkunst verder nieuw leven in. Alle kunstenaars na hem die eveneens naturalistische voorstellingen maakten, waren volgens Vasari schatplichtig aan deze Florentijnse schilder. Giotto maakte een einde aan de onbeholpen Griekse stijl en schiep een moderne schilderkunst met zijn goed gelijkende figuren en portretten. Ook wist hij op pakkende en levendige wijze de emoties van de voorgestelde figuren weer te geven.
Art in Context
- a) Slechts klein deel is over, massa geproduceerde devotionele objecten (Kopie grote meesters voor kleine portemonnee) maar ook tijdelijke objecten (vlaggen, banieren, paradeconstructies, gipsen beelden, textiel etc) zijn verloren gegaan
- b) Overgebleven kunstwerken zijn veranderd in de loop der tijd, door reconstructies en “restauraties” (bijschilderen), strippen van gebouwen, verdwijnen oude tekstfragmenten die bij het kunstwerk hoorde.
- c) Kunstwerken kregen betekenis in een bepaalde context die wij niet meer zien. Enerzijds waren de gelovigen diepreligieus en was het werk emotioneel geladen, anderzijds was de fysieke context bepalend voor de betekenis.
Patronage
- a) Clientelismo = patronage waarbij kunstenaar en opdrachtgever worden verbonden door wederzijdse diensten (maatschappelijk systeem)
- b) Mecenatismo = actieve ondersteuning van een kunstenaar of artistiek project (vorm speciaal op de kunsten gericht)
- a) Privépersonen die kunstwerken bestelden voor de Kerken met als doel steun van Heiligen, of als ex voto: arm en rijk voorbeeld: Vittorio Carpaccio, Prior Ottoban
- b) Heersers dynastieke continuïteit en legitimiteit
- c) Kloosterordes, bedelordes om aanwezigheid te laten zien en gelovigen aan te zetten tot een juiste gelovige levenswandel
Hout: Meestal levensgroot, Uithollen boomstronken, Verschillende delen die aan elkaar werden gezet (ledematen, vleugels), zo accuraat mogelijke polychromie, door beeld met Gesso en linnen te bespannen (vaak door schildersatelier) en voorzien van metalen voorwerpen en kleding om “echtheid” te creëren om liturgische performance te vergroten.
Het bouwkundige/architect atelier
1) Beroep architect bestond niet, beroemde architecten begonnen vaak als andere kunstenaars (vb Brunelesschi en Michelangelo). Bouw altijd binnen bestaande structuren of vb de gevel van Palazzo Rucellai door Leon Battista Alberti die een schil was rondom.
2) Als besloten werd tot de bouw van een gebouw dan gebeurde dit:
- a) Privé onder leiding van een architect of capomaestro
- b) Publiek onder leiding van een bouwcommissie de opera die dan weer werd geleid door de operai die voor het leven werd benoemd
3) Aan het besluit gingen lange besprekingen vooraf waarin het ontwerp werd besproken en in presentatietekeningen (vb Baptisterium Siena) of modellen (vb Houten dom koepel van Brunelesschi) werd vastgelegd, omdat de bouw vaak meerdere generaties besloeg. De eenheid in de lange bouw was ook de reden voor vele constructietekeningen
Het graveur/drukwerkeratelier
1) Vanaf 1470 in Italië (houtsnede of etsen (gemaakt met Burin) gevuld met inkt en afdruk
2) Gedrukte boeken/prenten verschillende consequenties voor de kunst nl: snelle verspreiding ideeën waardoor internationale vormtaal ontstond, naam en faam van kunstenaar bekend werd en scheiding bedenker en maker optrad waardoor de status veranderde van ambachtsman in Kunstenaar met hoofdletter.
"Feesten en partijen" atelier
Andere ateliers van de visuele cultuur maakten veelal kunstwerken voor tijdelijke
feesten en namen een grote plaats in het leven van de Renaissance mens, zoals:
Textiel en tapijten voor sier, koude of afscherming, banieren en harnassen voor toernooien, goudwerk voor reliquaria, liturgische gewaden en goudwerk (vaten), manuscripten, meubilair, en tijdelijke ensceneringen.
Renovations and Restorations
Door renovatie en restauratie van kunstwerken heeft de wetenschap veel meer kennis over de tostandkoming en de oorspronkelijke uitstraling van kunstwerken verkregen. Tamelijk recent is de opvatting dat een restauratie ook omkeerbaar moet zijn: zelfs kan dit uitgangspunt ertoe leiden dat wordt afgezien van een restauratie en 'slechts' voor een voorzichtige schoonmaakbeurt wordt gekozen.De restauratie van de gewelfschilderingen door Michelangelo in de Sixtijnse kapel in het Vaticaan bood letterlijk een ander inzicht op de gehanteerde kleuren. Eeuwen van kaarswalmaanslag werden toen verwijderd, waardoor heldere, meer primaire kleurvlakken te voorschijn kwamen dan generaties van kunsthistorici en andere beschouwers hebben gekend. De door die kunsthistorici beschreven genialiteit van Michelangelo had met terugwerkende kracht dus geen betrekking op het door hen veronderstelde kleurgebruik - van de weeromstuit werd daarom door velen van Mickey-Mouse-kleuren gesproken, die niet echt konden zijn.