Aarde en zon

 videocollege VII - 

Wereldkaart en wereldbeeld 


Djoeke van Netten

Literatuur

Jocelyn Wogan Brown, ‘Reading the world. The Hereford Mappa Mundi’, Parergon 9 (1991) 117-135. 

Chet Van Duzer, ‘The Ptolemaic wall map. A lost tradition of Renaissance cartography’, Viator 45 (2014) 361-390. 

Jerry Brotton, ‘A “devious course”. Projecting toleration on Mercator’s “Map of the world”, 1569, The cartographic journal 48 (2012) 101-106.

Conclusies

1: 
contemporaine cartografie als uitgangspunt;
2: 
nuancering ontwikkeling, vooruitgang, van ME mappamundi naar 16e-eeuwse 'moderne' wetenschap;
3: 
invloed vroegmoderne (Nederlandse) conventies tot op heden.

Collegevraag

Wat zijn de ontwikkelingen en veranderingen in de wereld-cartografie tot en met ca. 1650, denk hierbij aan:
Ptolemaeus, Hereford, Mercator en Blaeu.
1) in hoeverre is er sprake  van vooruitgang;
2) in hoeverre maakt het uit wáár een wereldkaart gemaakt is.

Zonale weergaven van de wereld


Hereford Mappa Mundi (circa 1250)



Wereldkaart uit 1482, gebaseerd op Ptolemaeus


Wereldkaart van Gerardus Mercator (1569)


Wereldkaart van Joan Blaeu (1648)


Dit is dé wereldkaart van de Amsterdamse cartograaf en uitgever van atlassen Joan Blaeu (1598-1673).

Blaeu tekende de kaart, bestaande uit aan ­elkaar geplakte afdrukken van kopergravures, in 1648. Hij droeg hem op aan Gaspar de Bracamonte y Guzman, de leider van de Spaanse delegatie bij de vredesbesprekingen van 1648 die leidden tot de Vrede van Münster; het einde van de Tachtigjarige Oorlog. Blaeu draagt de kaart op 'in dankbaarheid voor de vrede'.

De kaart, meer dan twee bij drie meter groot, was destijds de meest actuele afbeelding van de wereld, en zelfs de eerste moderne kaart omdat Australië (deels) staat afgebeeld.

 videocollege VIII - 

Waar draait het om? 
Hemeltekens en waarom Copernicus (geen) gelijk kreeg

Astronomer Copernicus, or Conversations with God, Jan Matejko, 1873

Djoeke van Netten

Literatuur

Robert S. Westman, ‘How did Copernicus become a Copernican?’, Isis 110 (2019) 296-301.

Owen Gingerich en James R. Voelkel, ‘Tycho and Kepler. Solid myth versus subtle truth’, Social research 72 (2005) 77-106.


Conclusies

Van grote mannen vooruitgangsgeschiedenis naar aandacht voor context, contemporaine ideeën, zaken die nu - achteraf - als niet waar of niet wetenschappelijk worden gezien.

Modernere wetenschapsgeschiedenis:
wetenschappelijke ontwikkelingen contextualiseren; 
persoonlijkheid,
kijken naar patronage, discours, toeval
etc. etc.

Collegevraag

Wat waren in de discussie rond 1600 de belangrijkste argumenten voor en tegen het heliocentrisme?

Aristarchos van Samos (ca. 300 v Chr.)
Claudius Ptolemaeus (ca. 120-180 na Chr.)
Nicolaus Copernicus (1473-1543)
Tycho Brahe (1546-1601)
Johannes Kepler (1571-1630)
Galileo Galilei (1564-1642)