5 - Natuur en kunst nemen de ruimte


Land Art en grensoverschrijdende buitenkunstwerken.
Jaren’60 tot op heden. 

Land Art – Landschapskunst is een kunststroming die begon in de jaren ’60 in Amerika en die inspeelt op landschapskenmerken en waarbij het landschap wordt gemanipuleerd waardoor er een nieuwe beleving ontstaat van de ruimte. Na Amerika was Nederland het land waar een aantal Amerikaanse kunstenaars aan de slag gingen met hun buitenkunstwerken. 

Kunst alle perken te buiten
Land Art, omgevingskunst, Earth Art zijn aanverwante benamingen voor deze kunstrichting. Landschapskunst kan gezien worden als een bijzondere vorm van ecological art of environmental art, waarbij de hele natuur in de kunst opgenomen wordt, of de natuur zelf kunst geworden is. Ook de Italiaanse Arte Povera is een verwante kunststroming.

Giuseppe Penone (1947) is een vertegenwoordiger van de Italiaanse arte povera beweging en land art. Hij komt uit een boerenfamilie en werkte veel in de natuur in de omgeving van zijn ouderlijk huis in Garessio. In die omgeving bevinden zich veel bossen, riviertjes en prehistorische grotten. Hij maakt beelden en installaties van natuurlijke materialen zoals steen, hout, klei en delen van planten. Het werk gaat steeds over de relatie van de mens (het menselijk lichaam) tot de natuur (aarde). Zijn beelden worden ook in brons gegoten of als keramische objecten getoond.

Jardin d'émail van de Franse kunstenaar Jean Dubuffet in de beeldentuin van het Kröller-Müller Museum in Otterlo. Het stelt een grote, omheinde tuin voor met daarin een boom en twee struiken. Het werk is toegankelijk. Het geheel is uitgevoerd in glasvezel versterkt epoxy (kunsthars) en beschilderd met zwart omlijnde witte vlakken. De kunstenaar, Jean Dubuffet, begon in 1962 met deze stijl, die hij L'hourloupe noemde, en beperkte zich hierbij aanvankelijk tot tekeningen en schilderijen. Vanaf 1966 begon hij ook driedimensionale hourloupes te maken in polystyreen. In de periode 2016-2020 is het werk in de beeldentuin in Otterlo volledig gerestaureerd.

Richard Long (1945) beeldhouwer, schilder en fotograaf, die vooral bekend is om zijn land art en conceptuele kunst. Long werd in 1945 geboren in Bristol waar hij nog steeds woont. Long fotografeert en manipuleert het landschap om zich heen. De meeste van zijn werken ontstaan tijdens wandelingen door de natuur. Een voorbeeld is A Line Made by Walking (1967) waar hij op de grond een lange lijn 'tekent' door verschillende keren heen en weer te lopen. De foto's, die hij van zijn ingrepen maakt, vormen vaak het enige overblijfsel dat aan een groter publiek gepresenteerd kan worden. Hiermee worden door hem grafische werken vervaardigd die veelal bestaan uit een foto en een simpele tekst. Hoewel het meeste van zijn land art te vinden is in Groot-Brittannië, heeft hij ook werken gemaakt in onder andere de Sahara, Spanje en de Verenigde Staten. Naast land art maakte Long ook sculpturen voor musea. Deze bestaan uit stukken steen of hout die in een cirkel of een andere geometrische figuur zijn neergelegd. Hij maakt ook grote wandschilderingen met klei en modder.  

Robert Smithson (1938-1973) was een Amerikaanse land art-kunstenaar maar studeerde eerst schilderkunst en tekenen aan de Art Students League of New York. Hij werkte in de stijl van de abstract expressionisten. Vanaf de jaren ’60 maakte hij verkennende tochten op zoek naar geschikte locaties en terreinen voor de nog uit te voeren land art-projecten. Smithson overleed in Texas op een van die vluchten.

Christo (1935-2020) was een Bulgaars-Amerikaans architect, beeldhouwer, installatiekunstenaar, schilder en tekenaar. Hij is vooral bekend vanwege zijn 'inpakkunst', die in nauwe samenwerking met zijn vrouw, Jeanne-Claude Denat de Guillebon, ontstond. In januari 1958 maakte hij zijn eerste 'inpakkunst'. Bij deze eerste kunstvoorwerpen werd het verpakkingsmateriaal geschilderd of anderszins bewerkt. Vanaf 1959 liet hij het verpakkingsmateriaal onveranderd. Christo werkte vanuit de Verenigde Staten altijd samen met zijn vrouw. Christo en Jeanne-Claude vonden het als kunstenaars belangrijk dat zij samen genoemd worden. In de praktijk werkte Jeanne-Claude meer als de public relations manager en zorgde ze voor de praktische logistiek terwijl Christo meer werkte aan het creatieve proces. Hij tekent de voorontwerpen die ook verkocht worden om de projecten te financieren. Alle beslissingen zowel de creatieve als de logistieke, werden door Christo en Jeanne-Claude samengenomen. Verder dan de kunstenaars die conceptuele kunst brengen waarbij het bij een concept blijft, hebben Christo en Jeanne-Claude hun ideeën werkelijk uitgevoerd. We zouden het landschapskunstwerken kunnen noemen waarbij het landschap zowel stedelijk als landelijk kan zijn. De kunstzinnige strategie van Christo en Jeanne-Claude was om grote opvallende bouwwerken of landschappen met stof tijdelijk 'aan te kleden'. Het inpakken van gebouwen of objecten leidt tot de abstractie van deze onderwerpen. Voorbeelden van dit soort werk zijn de Pont Neuf in Parijs (1985), de Rijksdag in Berlijn (1995). In het Central Park in New York voerden zij een kunstproject uit in 2004. Voor Christo en Jeanne-Claude was het zeer belangrijk dat de werken toegankelijk zijn voor het grote publiek. Meestal kost het veel overtuigingskracht en duurt het lange tijd voordat een gepland project daadwerkelijk uitgevoerd kan worden. Voor de uitvoering van hun projecten maakten ze gebruik van een grote groep medewerkers. Het resultaat van hun werk is puur esthetisch bedoeld en heeft tot doel de mensen 'met andere ogen' te laten kijken naar de omgeving. In september 2021 werd de Arc de Triomphe in Parijs ingepakt, tekeningen voor dit project werden in 1962 al op papier gezet. Eigenlijk zou dit al in 2020 gebeuren, maar werd door de coronacrisis uitgesteld. Door het overlijden van Christo werd het project postuum uitgevoerd door zijn neef Vladimir Javacheff

Andy Goldsworthy (1956) beeldhouwer, fotograaf en land art kunstenaar. Andy groeide op aan de groene, Harrogate zijde van Leeds, West Yorkshire. Vanaf zijn dertiende jaar werkte hij als hulp op boerderijen. Hij hield van het boerenwerk met zijn vaste taken op vaste tijden, het routineuze karakter, hetgeen hij vergeleek met het werken aan een beeldhouwwerk: "Veel werk lijkt op het handmatig rooien van aardappels; je moet het ritme ervan te pakken krijgen." Hij creëert plaatsgebonden sculpturen en land art-objecten, die in een landschappelijke omgeving zijn ingebed. Zijn kunst maakt hij met gebruikmaking van natuurlijke en ter plekke voorhanden materialen. Zowel tijdelijke als permanente sculpturen, die het karakter van hun omgeving benadrukken.

Walter De Maria (1935-2013) was een Amerikaanse kunstenaar, beeldhouwer, illustrator en componist, die in New York City woonde en werkte. De artistieke praktijk van Walter de Maria is verbonden met minimal art, conceptuele kunst en land art uit de jaren zestig. Het werk The Lightning Field, uit 1977 is een van de meest aansprekende Land Art kunstwerken uit de vroege jaren van de stroming. 

James Turrell (1943) kunstenaar wiens werkmateriaal voornamelijk licht en ruimte is. Op jonge leeftijd haalde hij een vliegbrevet om lichtfenomenen te bestuderen en op zoek te gaan naar geschikte locaties voor zijn installaties. Voor zijn vroege werken maakte Turrell onder andere gebruik van projecties en kunstlicht. Later gaat hij steeds meer daglicht gebruiken. Het Haagse Centrum voor Beeldende Kunst nodigde Turrell in 1992 uit om een werk in de duinen van Kijkduin, Den Haag te maken. De kunstenaar bouwde een ellipsvormige (volgens Turrell de ideale vorm om de hemel te ervaren als een koepel) ruimte tussen de duinen met een korte tunnel als ingang. Het werk is een verkleinde versie van zijn nog niet voltooide Roden Crater. Op 21 september 1996 werd het werk, met de naam Hemels Gewelf, voorgesteld. James Turrell begon in de jaren '60 met het bouwen van Skyspaces, ruimtes met enkel een opening in het dak zodat alle aandacht naar de lucht gaat. 

Marinus van den Boezem (1934) is een Nederlandse conceptueel kunstenaar en beeldhouwer en wordt, samen met de kunstenaars Jan Dibbets en Ger van Elk, gezien als de grondlegger van de conceptuele kunst en arte povera in Nederland in de jaren zestig. Hij staat bekend om zijn vernieuwende kunstopvattingen, zijn bizarre en vaak ludieke happenings en zijn werk in de openbare ruimte. In de jaren tachtig werkte hij aan een aantal grote projecten waarin het landschap een belangrijke rol speelt. Zijn grootste en belangrijkste project uit deze periode is De Groene Kathedraal. Voor dit kunstwerk liet Boezem 178 Italiaanse populieren aanplanten in de vorm van een gotische kathedraal in de Flevopolder bij Almere. Hiervoor gebruikte hij de plattegrond van de Notre-Dame in Reims. Boezems landschapswerken worden ook wel tot de Land Art gerekend. Motieven als landschap, heelal, klimaat, licht, lucht en cartografie staan centraal in Boezems oeuvre en komen terug in zijn werk uit de jaren tachtig en negentig. 

Will Beckers, (”The Willow Man”), Re-cover, installatie, work in progress, 2011, Collectie Verbeke Foundation, Kemzeke. Re-cover is een innovatieve en ambitieuze groeiend omgevingsproject gemaakt met acht old-timer wilgen, die werden gered en herplant op de Verbeke Foundation in januari 2011. Het project zal veranderen en groeien als de natuurlijke grenzen van de structuur zich ontwikkelen. Dit project daagt de traditionele relaties tussen onszelf en onze leefomgeving uit, en confronteert de bomen met hun eigen materialen. Het toont ons hoe biodiversiteit op een zeer unieke manier kan werken, bij een enkele plantensoort, de Salix, door het samenbrengen van verschillende kunstwerken en hen samen te voegen met een levende, groeiende cradle to cradle installatie. Second Life, installatie, work in progress, 2010, Collectie Verbeke Foundation, Kemzeke. In het kader van Green Summer creëerde Beckers Second Life, een installatie van verschillende honderden jonge wilgen die gedurende de maand mei 2010 gesnoeid werden in de omgeving van Kemzeke. In de waterbassins van de Verbeke Foundation beginnen de wilgen aan een nieuw leven: terwijl ze hun bladeren verliezen, schieten ze in het water opnieuw wortel. Second Life illustreert op die manier het natuurlijke regeneratieproces alsook het potentieel en tegelijkertijd de onvoorspelbaarheid van het fenomeen. Second Life is een meerjarig project om het groeiproces van de natuur te manipuleren.

Richard Serra (1938) een Amerikaans beeldhouwer en videokunstenaar. Hij wordt gerekend tot de minimalisten; Minimal Art en Land Art. Zijn grootste bekendheid verwierf Serra met zijn monumentale sculpturen uit staal en vooral cortenstaal. Zijn vriendenkring omvatte kunstenaars als Carl Andre, Walter De Maria, Sol LeWitt en Robert Smithson. De laatste had een beslissende invloed op zijn keuze voor "Environmental art" en "Land art". Serra werd de invloedrijkste hedendaagse Amerikaanse beeldhouwer en minimalist.  

Antony Gormley (1950) groeide op in Hampstead. Hij studeerde van 1968 tot 1971 archeologie, antropologie en kunstgeschiedenis aan het Trinity College, Cambridge, waarna hij naar India en Sri Lanka ging om zich te verdiepen in het Boeddhisme. Teruggekeerd in Londen, drie jaar later in 1974, zette Gormley zijn studie voort aan de Central School of Art (nu Central Saint Martins College of Art and Design) en het Goldsmiths College, deed een postgraduate studie beeldhouwkunst tussen 1977 en 1979 aan de Slade School of Fine Art, University College London. Gedurende de laatste 25 jaar heeft Antony Gormley de menselijke figuur in de beeldhouwkunst een nieuwe inhoud gegeven, waarbij hij de proporties van zijn eigen lichaam als uitgangspunt heeft genomen. Sinds 1990 werkte hij aan grootschalige projecten als Allotment, Critical Mass, Another Place, Domain Field, Inside Australia en het meest recent Blind Light. Zijn bekendste werken zijn: Angel of the North, een enorme sculptuur bestemd voor de openbare ruimte, als landmark in Gateshead, waartoe opdracht werd gegeven in 1995 en geplaatst in 1998 en Another Time'en Another Place (1997), bestaande uit meerdere figuren, onder andere op Crosby Beach bij Liverpool. En in Nederland op de strekdam in het Markermeer bij Lelystad staat sinds 2010 Gormleys 25 meter hoge “Hurkende man”, “Poepende man” of officieel genoemd Exposure.