zaterdag 6 april 2019

Indépendance Cha Cha

Toen de jaren 60 begonnen was ik 6 net naar de lagere school. Op de foto rechts zal ik een jaar of 15 of 16 zijn geweest aan het eind van dat veelomvattende decennium.

"Het was het decennium van de Amerikaanse burgerrechtenbeweging, van Martin Luther King en Malcolm X; van de moord op John Fitzgerald Kennedy; van Mao in China, Soeharto in Indonesië, Chroetsjov in de Sovjet-Unie, Castro in Cuba. Afrika werd gedekoloniseerd, de Berlijnse Muur gebouwd. En natuurlijk was daar het Amsterdam van 'kabouter' Roel van Duijn, het Italië van de cineast Pasolini en


het Frankrijk van femme fatale 'BB'. Joeri Gagarin was de eerste in de ruimte, Neil Armstrong de eerste op de maan. Er waren de Koude en de Zesdaagse Oorlog, er was Vietnam.

Bob Dylan zong: 'The Times They Are a-Changin'.'

Want het was ook het tijdsgewricht van de vrije seks met de minirok als ultiem bewijs van emancipatie; van secularisatie, van schijt aan het gezag, van lsd en 'langharig werkschuw tuig'; van baas in eigen buik en het nakende einde van het industriële tijdperk in welvaartsstaten vol onblusbaar consumentenverlangen. De kleuren-tv is van 1967." (Volkskrant 16-03-2018)

In het boek van Geert Buelens, 'De jaren zestig, een cultuurgeschiedenis', wordt daar in een fijn leesbare stijl over geschreven en wel zo'n 1400 pagina's lang. Ik lees nu over 1960 en de ontwikkelingen in Afrika, dekolonisatie en de muziek die daaruit voortkwam. Een fragment over het nummer 'Indépendance Cha Cha'.

Dat betekende  echter niet dat ze  gedoemd waren onpersoonlijke ‘internationale’ kunst te maken of Europese kunst met  een zogenaamd  exotische inslag.  De  interessantste  artiesten exploreerden de verschillende manieren waarop de zwarte cultuur  zich  sinds  de tijd van  de slavenhandel over  de wereld  had verspreid.  ‘Indépendance Cha Cha’ van African  Jazz, de Afrikaanse hit van 1960, illustreert concreet hoe dat ging. De naam  van deze Congolese supergroep rond Joseph Kabasele (ook bekend als Le Grand Kallé) was in het Engels  – conform  de taal  die ook in de Franstalige  wereld in toenemende  mate  met ‘cool’ en jeugdcultuur geassocieerd werd. Voor Afrikanen was het  ook  de taal van  de door hen bijzonder gerespecteerde jazzmuzikanten. De jazz gold  al sinds de jaren twintig als de zwarte  amusementsmuziek bij uitstek; op voornamelijk  Europese instrumenten gingen  Afrikaanse ritmes de wereld rond  en zo kon  een zwarte muzikant als Louis Armstrong wereldwijd faam  en respect oogsten. Dat wilden zij  vanzelfsprekend ook. De titel en het ritme  van het  lied illustreerden dan weer  dat  ook de Spaanse koloniale geschiedenis grote  gevolgen had voor de ontwikkeling van de populaire muziek. In  de  naoorlogse  jaren waren vooral  de Cubaanse son (in  Congo rumba genoemd),  de  mambo  en  de chachacha immens populair.  ‘Everybody Loves to  Cha Cha Cha’ heette  de hit die  Sam Cooke in 1959 had  gescoord en  dat gold  inderdaad  lang niet alleen  voor de Amerikaanse jeugd. Ook in Afrika was men  er gek op. Deze ‘Indépendance  Cha Cha’  had  natuurlijk een  enorme symbolische  betekenis  – met  dit lied werd de  onafhankelijkheid gevierd, met een  titel deels in de taal van de kolonisator en  een tekst afwisselend in het Kikongo, Tshiluba en Lingala.21 Naam, titel, tekst  en muziek illustreerden hoezeer deze  moderne  Afrikaanse cultuur een mengvorm  was die – anders dan  de beat, rock en  popmuziek die  op  hun beurt  de wereld  veroverden  in deze periode – niet  zozeer Anglo-Amerikaans  was maar  een  mix van Afrikaanse, Afro-­Cubaanse en  Afro-Amerikaanse elementen.
Hier  manifesteerde zich een internationale, in  belangrijke maar niet exclusieve  mate zwarte populaire cultuur die zijn faam dankte aan  ontwikkelingen  in steden als New Orleans, New  York, Parijs,  Havana en  Leopoldstad. De veeltaligheid  van het lied was geheel  conform de Afrikaanse realiteit. Waar Europa na  1945 grotendeels etnisch gezuiverd  was  of meertalige gebieden als België  in  een niet-aflatende strijd verwikkeld bleven over taal  en cultuur, stond deze Afrikaanse popmuziek  symbool voor de internationale en  culturele solidariteit met  alle landen van wat  later de  Black  Atlantic  zou worden genoemd,  dat gebied aan beide kanten  van de Atlantische Oceaan  waarvan  de  geschiedenis bepaald is door de slavenhandel en dat door wederzijdse culturele beïnvloeding een enorme stempel  heeft gedrukt  op de hedendaagse cultuur.


Indépendance Cha Cha Kabasselé African Jazz 1960

Bij het boek is ook een website, met tientallen liedjes, films en filmfragmenten, en Achter de Schermen. Ongetwijfeld zullen er nog meer blogs volgen over deze boeiende jaren, dit boek biedt volop inspiratie daarvoor.